Joachim

Joachim Van Doninck

Tersago + Dedecker

Kan je me in het kort je biografie vertellen en hoe je in een kunstopleiding bent beland?

Mijn vader geeft les in de kunst sinds ik geboren ben. De geur en het gevoel van een atelier was belangrijk vanaf ik klein was. Ik heb niet altijd gerealiseerd dat een atelier een groot onderdeel was van mijn leven. Vandaag draagt het duidelijk wel bij aan mijn liefde voor een werkplek toegewijd aan kunst. Op mijn 14 jaar merkte ik dat ik meer actie met mijn handen nodig had. Daardoor startte ik in De! Kunsthumaniora maar ik wist ook niet meteen wat ik er juist moest doen. Wat en hoe ik in kunst wil staan weet ik nu ook niet helemaal zeker, maar met die onzekerheid kan ik nu wel comfortabel omgaan. Op mijn 14de bood De! Kunsthumaniora wel een start ruimte voor mijn creativiteit die escaleerde tot het punt waar ik vandaag sta. 

Waarom koos je voor Sint-Lucas Antwerpen?

Zoals ik eerder aangaf had ik geen duidelijke richting binnen de kunsten. Een vaststaand medium om mijn creativiteit in los te laten kon ik niet zo definitief bepalen op dat moment. Daarom koos ik voor Sint-Lucas, het is een plek waar je binnen de vrije kunsten heel veel bewegingsruimte hebt. Ikzelf heb veel geleerd in een beeldhouwatelier terwijl ik eigenlijk tot de studio schilderkunst hoorde. Dat werken via de verschillende media wordt in Sint-Lucas Antwerpen aangemoedigd en dat was dan ook wat ik nodig had. De architecturale infrastructuur van het gebouw laat alle vrije kunsten samen één ruimte delen, schilders, beeldhouwers, vrije grafiek, … Deze open structuur gaf mij het nodige comfort. Ik heb ook van een jaar LUCA school of arts in Gent kunnen genieten wat ook een verrijking was voor me flexibel en open op te stellen in een andere kunst omgeving. 

Kan je me vertellen hoe je tot je eindwerk resultaat kwam en je ideeën erachter?

Ik heb me geamuseerd in het maakproces waar ik me helemaal kon laten gaan. Het covid-jaar zorgde er natuurlijk wel voor dat ik heel erg op mezelf aan het werken was wat de interactie met anderen over je werk niet meteen ten goede komt. Het heeft voordelen maar zeker ook nadelen voor het creatieve proces. De afgelopen 2 jaar was een kunstbeleving heel individueel in de plaats van een gezamenlijke kunstbeleving.  Ik heb contact een beetje gemist en dat zie je misschien ook wel in mijn werken. Ik verdwaal graag in mijn creaties, dat is het laatste jaar duidelijker geworden.

Waar gaat je afstudeerwerk over?

Met de tape werken voelt voor mij als schilderen. Ik heb een moeilijke relatie met kleur. Kleuren selecteren met de tape lukt me wel. De kleuren selectie gebeurd dan door het commerciële aanbod dat toegankelijk is voor mij. De limieten die de tape mij opleggen tijdens het maakproces zijn voor mij heel belangrijk en interessant om mee te werken. Het neemt wel een expressie weg uit mijn werken. Individuele expressie voelt voor mij meer als een illusie en dat vertaald zich dan ook in mijn werken. Daarnaast zijn mijn dragers en materialiteit wel belangrijker geworden, zowel in mijn schilderijen met verf, maar evengoed de werken met tape. Visuele overstimulatie is een belangrijk motief dat mijn creaties met elkaar verbindt ongeacht welk medium ik in mijn werken gebruik.

Als je aan een schilderij bezig bent, hoe ga je dan te werk en werk je volgens een bepaalde volgorde?

De geschilderde doolhoven komen tot stand door een redelijk rigide routine. Er is een start en eindpunt dat niet altijd getoond wordt, de weg ertussen maak ik zo moeilijk mogelijk. Ik draag de werken meestal met me mee en werk dan vaak in de avond uren achter elkaar. Lange periodes aan schilderwerk bieden mij een meditatieve kwaliteit. In de geschilderde doolhof werken zie je duidelijk dat ik mezelf kan verliezen in een heel uitgebreid en tijdsintensief proces dat ik nodig heb. Doek half opgerold op de grond en ikzelf op mijn knieën als een monnik aan het werk voor zijn lange en uitgebreide taak. De werken met tape zijn eerder het resultaat van een experimentele houding zowel op structureel en tactiel vlak als op visueel vlak.

Wat ga je tonen tijdens To Be Antwerp?

Op het moment van een interview kan ik deze vraag niet met zekerheid beantwoorden. Mijn appreciatie naar mijn eigen werken is zeer veranderlijk waardoor het voor mij ook een verrassing zal worden hoe de uiteindelijke opstelling eruit zal zien. Van sommige elementen ben ik wel zeker dat deze aanwezig zullen zijn tijdens To Be Antwerp. Tape zal er aanwezig zijn. Ook wordt het een leuke uitdaging om mijn werk aan te passen aan het interieur architectenbureau van Tersago+Dedecker. Een installatie met tape in de ruimte zal er zo vast een onderdeel van worden.

Op je atelier boven je bureau hangt een ingekaderd werk, die volledig uit tape bestaat, kan je hier meer over vertellen? (belang van dragers en kaders in je werk(proces))

Zelf dragers creëren, kaders leren maken, hout voelen, structuur maken,… is heel belangrijk voor mij. De tactiele elementen zijn heel belangrijk en het is voor mij dan essentieel dat ik zo weinig mogelijk van mijn creatie proces uit handen geef. Bij mijn werken ga je geen doek vinden dat al geprepareerd en opgespannen was, dat zou niet lukken met mijn werken. Volledige toewijding aan de materialiteit van begin tot eindpunt zijn in mijn praktijk belangrijk.